Op 19 april is de Landelijke Dag tegen Pesten. Een dag die in het leven is geroepen om extra bewustzijn te creëren voor pesten en de gevolgen daarvan. In onze behandelkamer zien wij regelmatig hoe schadelijk pesten kan zijn. We horen over de extreme vormen die het pesten aan kan nemen. We horen hoe pesten niet alleen voorkomt onder kinderen op scholen, maar hoe ook volwassenen er bijvoorbeeld op de werkvloer onder lijden. We zien de machteloosheid van de gepeste, maar ook van naasten: ouders, docenten of partners die niet goed weten wat ze met het pesten aan moeten en daarom soms maar wegkijken. Ook horen we hoe mensen soms terugkijken op hun eigen pestgedrag en worstelen met gevoelens van schuld en schaamte. De psychische gevolgen van pesten kunnen groot zijn, met name door de onderliggende overtuigingen die door het pesten zijn ontstaan, zoals: ‘ik ben niet goed genoeg’, ‘anderen zijn niet te vertrouwen’ of ‘de wereld is onveilig’. Deze overtuigingen kunnen klachten veroorzaken als depressie, sociale angst of trauma.
Het is voor mensen die met pesten te maken hebben gehad niet makkelijk om hulp te zoeken bij hun klachten. Er kan sprake zijn van angst om opnieuw met afwijzing te maken te krijgen of er speelt een gevoel van schaamte. Gelukkig zien we regelmatig hoe therapie helpend kan zijn bij het herstellen van pestervaringen. Cognitieve gedragstherapie biedt handvatten in het omgaan met pestervaringen en het verkleinen van invloed op je stemming. Met behulp van Acceptance and Commitment Therapy leer je om gevoelens van schaamte en verdriet toe te laten in plaats van weg te stoppen en je minder te laten leiden door je verstand dat bijvoorbeeld roept dat je niet goed genoeg bent. EMDR helpt ervaringen uit het verleden te verwerken en de onderliggende overtuigingen die door het pesten zijn ontstaan aan te pakken. En bij al deze vormen van behandeling is de onderliggende boodschap de volgende: Het is niet jouw schuld, er is iets aan te doen en dat hoef je niet alleen te doen. En je bent goed zoals je bent.
Schrijver: L. van der Lelij